Offroad in Lesotho

Geplaatst op door Andries in Lesotho, Makarabei

Vanuit Underberg reden we naar de Sani-pas, een route waar je alleen met een 4×4 omhoog mag naar Lesotho. In 9km ga je van zo’n 600 meter omhoog over een pad van gravel en stenen met flink scherpe bochten. Het uitzicht is geweldig, zeker als de wolken even wegblijven. Na een uurtje hard werken stonden we boven, en konden we onze tent opzetten bij de backpackers daar. Terwijl we bezig waren kwam een herder nieuwsgierig een kijkje nemen, want zoiets vreemds had hij nog nooit gezien.

 

Met handen en voeten voerden we een heel gesprek over de tent (is dat dan waterdicht? etc). Ondertussen schoven wolken uit Zuid-Afrika het land binnen en op een gegeven moment kon je nog maar 20 meter vooruit kijken door de mist. ’s Nachts werd het goed koud in de tent en in de loop van de nacht deden we steeds meer kleren aan, want ons fleece-slaapzakje was niet genoeg.

 

De volgende dag stapten we in de auto om naar Thaba Tseka te rijden, want we wilden door het midden van Lesotho rijden en het toeristische noorden vermijden. De eerste paar uur bestond de weg vooral uit grote stenen en meer steile bergpassen, maar het uitzicht was prachtig. Onderweg kwamen we nog Chinezen tegen die een weg aan het aanleggen waren (Ni Hao!), jammer dat hij nog niet af was.

In Lesotho is het weer veilig om lifters mee te nemen, iets wat ons in Zuid-Afrika door iedereen afgeraden wordt, vanwege de kans dat je gecarjacked wordt. Dus af en toe pikten we weer een herder op die een stukje mee wilde. Bij één dorp werden we aangehouden door een herder die graag met twee schapen naar Maseru wilde, maar dat ging ons een beetje te ver :-).

Eenmaal aangekomen in Thaba Tseka hebben we een goedkope B&B gezocht en gevonden en vonden het hoog tijd de lokale slager eens uit te proberen. De slager zelf was blij verrast buitenlanders in zijn zaak te hebben en nam ruim de tijd al zijn waren te laten zien. Uiteindelijk kochten we voor minder dan 4 euro een half pond steak, twee grote stukken lam en een heerlijk stuk worst.

In de ochtend was het tijd om door te rijden, we wilden naar Semonkong en hadden twee opties. Over de snelweg 270km of een 4×4 trail van 80km. De laatste leek ons wel leuk, want waarom heb je anders een 4×4. In eerste instantie ging het hartstikke goed, we reden met een redelijk tempo allerlei bergen op en af en kwamen langs grappige dorpjes. Op een gegeven moment begon de trail steeds meer te vervagen en moesten we dorpelingen de weg vragen, maar het ging nog best.

Tot we op een gegeven moment op een punt aanbelanden waar de GPS zei: “dangerous road”. Tsja, toch maar door en dan voorzichtig. Eenmaal die berg af, langs flink scherpe, smalle bochten stonden we voor een rivier. Daar kwam een aangeschoten herder te voorschijn die in gebarentaal uitlegde welk pad we door de rivier moesten nemen en dat het best kon. Nou, vooruit met de geit dan maar en het ging wonderbaarlijk goed, alhoewel de auto in de rivier wel alle kanten op danste door de stenen. Eenmaal bij de oever liepen we vast op een grote steen. Met de hulp van nog wat aangesnelde herders wisten we uiteindelijk de hindernis te overwinnen en konden we verder.

De aangeschoten herder besloot onze gids te worden en liep vooruit om aan te wijzen hoe we moesten rijden, wat vaak goed ging en soms mis, dan moesten we weer een stukje terug. Halverwege de berg werd het steeds lastiger en andere dorpsbewoners gaven ons in gebroken Engels te kennen dat weg verderop ingestort was en dat we beter terug konden rijden. En toen begon het heel hard te regenen en te onweren, dus dan maar even pauze. We nodigden onze gids uit in de auto, want anders verzoop hij nog in de regen. Helaas is deodorant en dagelijks wassen hier geen gebruik en dus zaten we een uur te twijfelen tussen in de regen staan en in de auto blijven :-). Daarna was de weg helemaal onbegaanbaar en het was bijna zes uur, dus we keerden met pijn en moeite om en gingen naar het dorp onderaan de berg. Daar heb ik volgens Afrikaans gebruik de chief opgezocht en gevraagd of we de nacht op zijn land mochten doorbrengen. Het hield maar niet op met regenen, dus we konden de tent niet opzetten en hebben dus maar de nacht in de auto doorgebracht. Het was krap, maar redelijk te doen.

De volgende dag bleek de rivier een halve meter gestegen door alle regenval en konden we niet terug, dus wij zijn de berg maar opgewandeld om te kijken of er wel of niet te rijden viel. Helemaal niet dus, op sommige plekken had je een kuub stenen kunnen neerleggen om erop te komen, dus dan maar wachten tot de rivier daalt. De volgende ochtend was het nog niet zo ver, maar het begon het er al beter uit te zien. Tegen twaalf uur begon het weer te regenen en was het nu of nooit… Dus ik met flink gas erop door de rivier, de auto stuiterde alle kanten op en hapte soms flink water, maar ik haalde het. Helemaal blij natuurlijk. Wel viel de voorste nummerplaat eraf bij aankomst, maar als dat alles is :-).

Daarna mochten we de ‘dangerous road’ weer op, die door de regen nog slechter was geworden. Na een paar keer vastzitten naast afgronden van 30 meter en strategisch stenen leggen, waren we boven. Na een stukje rijden kwamen we aan bij het volgende dorp, waar de regen een modderbad van de weg had gemaakt, en daar kwamen we amper op. Normaal laat je dan lucht uit je banden en lukt het wel, maar omdat we nog veel over stenen moesten rijden, was dat geen goed idee. Met hulp van een heleboel dorpelingen, stenen en stugge plantjes lukte het ons om boven te komen, maar toen was het alweer vijf uur. Die dag hadden we 5km afgelegd en het was nog 50km tot het begin :-). Van de chief mochten we bij het dorp slapen: “you are protected by us now, we take care of you!”

De volgende ochtend wilden we weer verder, maar de drie meisjes die voor ons voor tolk speelden, raden het ons af, overal modder en je komt enkel vast te zitten. Toch wilden we verder, je gaat ook niet een week naast een dorp staan :-). Na een wandeling om te inspecteren hoe het erbij stond, hadden we er wel vertrouwen in en gingen rijden. Na een paar kilometer kwamen we bij een behoorlijk steile helling aan, met aan het begin vooral rotsen en stenen. Even later werd het modder en daar werd het lastig, maar Inge was inmiddels volleerd dorpelingenmanager geworden en op juiste plaatsen werden stenen gelegd. Daarna ging het mis… Ik reed over de modder naar boven en moest naar rechts sturen, maar de auto gleed over de modder verkeerd en toen stond ik in een greppel, met één wiel een meter omhoog. Shit! Na via de passagierskant uit de auto gekropen te zijn, hebben we een plan gemaakt, dan maar met de krik op een veilige plek de auto omhoog werden en stenen leggen onder het wiel in de greppel. Met hulp van de dorpelingen vorderde het werk aardig. Op een gegeven moment kwam een dorpeling aan met twee stieren aan een span, daarmee konden we vast de auto uit de greppel trekken :-). Helaas waren de stieren niet bereid de berg op te lopen en proberen telkens naar beneden te lopen, waardoor de auto omgetrokken zou worden, dus met handen en voeten bedankt en toch maar verder met de krik. Even later stonden we goed om het te proberen, en met behulp van vier sterke jongens die duwden kwam de auto ongedeerd uit de greppel! :). Daarna was het nog even ploeteren om de heuvel op te komen en vanaf daar was het goed te rijden, geen stops meer om te stenen te leggen, hooguit een beetje voorzichtig door de modder glibberen. Zo tegen het eind van de dag vonden we een lodge in Marakebei, waar we een rondavel voor de nacht huurden met douche (die we erg goed konden gebruiken, want we roken niet naar bloemetjes meer :-)) en een Maluti biertje dronken op wat we hadden doorstaan :-).

De dag erna zijn we fijn over de snelweg naar Maseru gereden (joepie, asfalt, het hobbelt niet, je komt niet vast te zitten, wat een geweldig product :-)). Na nog een nachtje op een campsite daar, zijn we de grens weer over gereden, op weg naar Pretoria.

Nu zullen sommigen wel denken, en? Is je auto nu stuk? Nou, de canopy (het ding wat over de laadbak gaat) was gaan schuiven en is beschadigd, maar is nog heel, en voor moesten we de nummerplaat met wat tie-wraps weer vastzetten. Verder niets, leve de Hilux :-).


Over Andries

Google Plus View all posts by Andries →

6 reacties op Offroad in Lesotho

  1. Willemijn zegt:

    …Nog een wijze les uit deze belevenis te halen? ;-) Fijn dat het goed is afgelopen, take care! X

  2. Eefje zegt:

    Het is maar goed dat we niet altijd weten wat jullie aan het uitspoken zijn daar… Veel plezier nog ! xxx Eef

  3. Trudy zegt:

    alles wat ik zeg is te veel……denk af en toe aan Sjoerdje en mij:-)
    Ik sluit me aan bij Willemijn: Take care!!!xxx

  4. Inge zegt:

    Ja, dat onze auto echt extreem veel aankan ;-)

  5. Inge zegt:

    Het is soms ook maar goed dat wij niet weten wat ons te wachten staat ;-) Maar achteraf valt het altijd wel weer mee hoor!

  6. Inge zegt:

    Doen we hoor mam. We laten het jullie altijd weten als we weer heelhuids in de bewoonde wereld zijn ;-)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *